[Lauffer, Johan Rudolf]
LAUFFER (Johan Rudolf), geboren 1754 te Zoffingen in Zwitserland, overleden op Curaçao 24 December 1833. Lauffer is een der bekendste gouverneurs van Curaçao geweest. Zijn politieke loopbaan begon, toen hij in 1796 als officier der burgerij tot burgerkapitein werd benoemd in plaats van den kapitein-commandant Cancrijn, die weigerde den eed van trouw aan de Bataafsche republiek af te leggen. Lauffer kreeg als zoodanig zitting in den raad. Hier drong hij aan op versterking van het eiland, met name met het oog op een verwachten engelschen aanval. Zelf organiseerde hij met medewerking der burgerij een nationale garde. Zijn aandrang in den raad leidde tot de instelling van een ‘comité militaire’, waarvan hij met den commandant van de ‘Ceres’, den lateren gouverneur A. Kikkert, vice-president werd. Toen in December 1796 de gouverneur J.J. Beaujon, die van prinsgezindheid verdacht werd, ‘geëxcuseerd’ werd, droegen raad en comité militaire aan Lauffer het opperbevel over het eiland op. Als gouverneur ad interim moest hij vier jaar lang het eiland verdedigen tegen verraad en trouweloosheid der fransche bondgenooten, zoodat het als een uitkomst werd beschouwd, toen in 1800 de Engelschen het eiland kwamen bezetten en de Franschen verdreven. Tot 1802, den vrede van Amiens, bleven de Engelschen, maar zij lieten Lauffer het bevel. In 1803 gaf hij dat over aan de ‘commissarissen’ A. de Veer en Berch, en twee jaar later ging hij naar Holland om zich te verantwoorden over de overgave van het eiland aan de Engelschen. Bij vonnis van 12 Nov. 1806 werd hij van de ingebrachte beschuldigingen eervol ontheven, en het volgend jaar keerde hij naar Curaçao terug, waar hij tot zijn dood ambteloos
bleef wonen.
Zie: J.H.J. Hamelberg, Ėen veel bewogen tijdperk (een achttal jaren uit de geschiedenis van Curaçao 1796-1804) in het Eerste jaarlijksche verslag van het Geschied-, taal-, land- en volkenkundig genootschap te Willemstad (1897).
de Gaay Fortman