[Haarlem, Floris Florisz. van]
HAARLEM (Floris Florisz. van), Florentius Batavus, Harlemannus, kartuizerprior, overl. te Leuven 18 April 1543. Hij studeerde aan de universiteit van Leuven, waar hij leerling was van de colleges Het Varken en van Arras. Nadat hij den graad van magister artium had behaald, trad hij in 1528 in het kartuizerklooster te Leuven onder het prioraat van Dirk Persijn. Toen 3 April 1542 Dirk Simonsz. van Heemstede, prior van dit huis, was overleden, werd hij benoemd tot diens opvolger. Hij bekleedde dit ambt tot zijn dood in het volgende jaar en werd opgevolgd door Everardus van Velthoven. Hij was begaafd met een natuurlijke welsprekendheid. Voor zichzelf leefde hij zeer streng. De kroniek van het klooster prijst hem als ‘vir spiritualis’. Zijn tijdgenooten in het leuvensche klooster waren o.a. de monniken Dirk en Jan Simonsz. van Heemstede (dl. VII, kol. 538), Gerrit van Bennebroek en Frans Oosterlinck van Haarlem.
Hij schreef in de landstaal een boekje, dat door den Franciscaan Nicolaus Zegerus in het Latijn is vertaald onder den titel: Via vitae, libellus plane aureus, et in quo miro artificio homo mundanus et peccator a vita scelerosa ad viam reducitur vitae melioris, authore quidem primario D. Florentio Harlemanno, Carthusiae Lovaniensis coenobiarcha, interprete vero latino F.N. Zegero Minorita (Antverpiae 1556). De opdracht van Floris van Haarlem is gedateerd 20 April 1542.
Zie: Kroniek van het kartuizerklooster te Leuven (hs. no. 4054 Kon. Bibl. Brussel); Th. Petreius, Bibliotheca Cartusiana (Colon. 1609), 90; A. Raissius, Origines Cartusiarum Belgi (Duaci 1632), in Elencho scriptorum; L. le Vasseur, Ephemerides Ordinis Cartusiensis I (Monstrolii 1890), 462; F.V. Goethals, Lectures relatives à l'histoire des sciences, des arts, des lettres, des moeurs et de la politique en Belgique (Bruxelles 1838) IV, 53; Analectes pour servir à l'histoire ecclés. de la Belgique XVI (1879), 216.
Scholtens