H.
[Haaften, Ds. Leendert van]
HAAFTEN (Ds. Leendert van), is geb. te Sliedrecht 8 Nov. 1807 en overl. te 's Gravenhage 28 Mei 1876. Hij studeerde te Utrecht en nam als sergeant van de Compagnie Vrijw. Jagers der Hoogeschool in 1831 deel aan den Tiendaagschen Veldtocht. Hij werd in 1835 ned. herv. predikant te Deil en Enspyk, in 1840 te Goes en in 1846 te Nijmegen, waar hij, na zijn ambt te hebben nedergelegd, 1857-1859 lid van den gemeenteraad was. In 1835 huwde hij Woutrina Magdalena van Haaften, van dezelfde sliedrechtsche familie, welke vóór 1700 haar naam met ae spelde. Zijn zoons zijn kinderloos gestorven. Zijn afscheidspreek te Goes is volledig afgedrukt bij J. ab Utrecht Dresselhuis, De Hervormde Gemeente te Goes en hare leeraren in 1846 (Goes, 1847), XXXV en 1-27. De van Haaftenpolder (1852) op Tholen ontleent den naam aan zijn broeder Adrianus.
Zie: W.A. van Rijn, Genealogie van het geslacht van Haaften (1929), 22-24 en 48 (met portr.).
van Haaften