van zamengevoegde intrest op winningh en op verlies (Amst. 1714, hierachter Zamengevoegde intrest en rabat-rekening, herdr. 1728); Waardye van lijfrenten naer proportie van losrenten (Amst. 1729, zoo genoemd naar het gelijknamige geschrift van Johan de Witt), en Analysis aequationum algebraicarum of algemeene ontbinding der bepaalde stelkonstige vergelijkingen van 3, 4, 5, 6, en meer afmetingen (Amst. 1732).
Zijn vader Abraham noemt den naam van zijn zoon Isaac een enkele maal in zijn werk: zoo zegt Abraham in zijn boek over beschrijvende meetkunde ‘ik zal U de oplossing van mijn zoon Isaac geven’; verder staat in een boekje uit 1703 ‘de auteur kent geen voor de zijnen als die met de eigen hand van zijn zoon zijn onderteekent aldus Is. Graaf’.
Zie de bronnen opgesomd bij het voorgaand artikel, bovendien: A.M. Ledeboer, Alfabetische lijst der boekdrukkers (1876), 64; Inventaris der verzameling kaarten, berustende in het Rijks- Archief I (1867), Inl. VII, 1e Suppl. (1914), VI e.v., 148, 164, 165, 175, 176, 231; G.D. Bom H. Gzn., Bijdrage tot eene geschiedenis van het geslacht van Keulen (1885), 8; D. Bierens de Haan, Bibliographie néerlandaise etc., 110; Kleerkooper-van Stockum, De boekhandel te Amsterdam (1914-16), 1173; F.C. Wieder, Ned. hist.-geogr. documenten in Spanje in het Tijdschrift van het Kon. Aardrijkskundig Genootschap (1915), 815; J. du Saar, Over sterfteformules en lijfrenten (1917), 18, 19; M. van Haaften, Het Wiskundig Genootschap (1923), 125; dez., Johan de Witt en de levensverzekering in De levensverzekering II (1925), 171-185; Monumenta cartographica, ed. F.C. Wieder I (1925), 75; J.P. van Rooijen, De waardye van lijfrenten van Isaac de Graaf in Hetverzekeringsarchief XIV (1933), 120 e.v., 129 e.v.
Wijnman