Nieuw Nederlandsch biografisch woordenboek. Deel 10
(1937)–P.J. Blok, P.C. Molhuysen– Auteursrecht onbekend
[pagina 144]
| |
was gehuwd met Margaretha, erfdochter van Daniël heer van Merwede en Stein. Dit huwelijk is kinderloos gebleven. Na den dood van zijn broeder Walraven (2) (zie art.) in 1417 heeft hij de voogdij aanvaard over diens kinderen. In 1426 moest hij aanzien, dat het slot Brederode door de Kabeljauwschen uit Haarlem werd verwoest. Sindsdien hebben de Brederode's steeds in Vianen verblijf gehouden. Willem van B. streed als bevelhebber van een scheepsmacht voor Jacoba van Beieren tegen Philips van Bourgondië. Hij leed een nederlaag en werd bij Wieringen gevangen genomen. Vrijgelaten, trok hij in 1450 met zijn gade naar Rome om den jubilee-aflaat te verdienen. Op de thuisreis zijn beiden enkele dagen na elkander aan de pest gestorven. Zie: Matthaeus, Veteris aevi Analecta, ed. in octavo, II (Lugd. Bat. 1698), 330, 341-343; Bockenberg, Historia Brederodiorum (Lugd. Bat. 1587), 23-25; P. Voet, Oorspronck der Heeren van Brederode (Utrecht 1656), 63-71. Scholtens |
|