gewest. In 1844 werd hij lid van den Gemeenteraad van Dordrecht, in 1847 president der arrondissements-rechtbank en in 1848 lid der Dubbele Kamer.
Met zijn echtgenoote behoorde hij tot de stichters van Nederlandsch Mettray. Aan de Nieuwe kerk te Dordrecht schonken zij een nieuw orgel, en zijn weduwe deed zulks aan de gemeente Puttershoek. Bij zijn overlijden gaf A.J. Schouten uit: Bloemen gestrooid op het graf van den Z:. A:. B:. Pieter Hendrik van de Wall, in leven Ged:. Mr:. der A:. La Flamboyante O:. van Dordrecht 1853.
Hij was 25 Juni 1823 gehuwd met jkvr. Maria Jacoba Repelaer, geb. 10 Dec. 1802, overl. 25 Dec. 1862, welk huwelijk kinderloos bleef.
Zie: D.G. van Epen, Het geslacht Repelaer, 35.
van Dalen