[Vos van Steenwijk, Mr. Jan Willem Jacobus baron de]
VOS VAN STEENWIJK (Mr. Jan Willem Jacobus baron de), geb. te de Wijk 2 Mrt. 1827, overl. te 's Gravenhage 10 Oct. 1897, was de oudste zoon van Mr. J.A.G. baron de Vos van Steenwijk van den Havixhorst (die volgt) en jkvr. H.E. Backer. Hij werd 2 Sept. 1845 als student te Groningen ingeschreven en promoveerde aldaar in de rechten 19 Juni 1849 op stellingen.
Hij werd advocaat te Meppel en 14 Jan. 1850 benoemd tot burgemeester en secretaris van Nijeveen, maar bleef te Meppel wonen. Op 8 Mëi 1854 werd hij benoemd tot substituut-officier van justitie te Almelo, 18 Jan. 1859 in dezelfde betrekking te Zwolle en 23 Oct. 1862 tot rechter in de arrondissements-rechtbank aldaar.
Hij verkreeg bij de nieuwe rechterlijke indeeling bij Koninklijk besluit van 1 Mei 1877 eervol ontslag als rechter en ging te 's Gravenhage wonen.
Toen ingevolge een nieuwe verdeeling der kiesdistricten voor het district Winschoten een tweede lid der Tweede Kamer gekozen moest worden, stelden de liberalen in de drentsche gemeenten, die tot dat district behoorden, de Vos candidaat. Door verdeeldheid onder de groningsche liberalen werd hij bij herstemming 12 Mrt. 1878 gekozen. Hij trad in de Kamer voor de economische en landbouwbelangen op en had daar als zoodanig gezag.
Bij de ontbinding der Kamer in 1887 verzocht hij niet in aanmerking te komen, maar toen de 15 Sept. van dat jaar gekozene bedankte, liet hij zich opnieuw een keuze welgevallen; zijn verkiezing had 7 Oct. plaats. Evenwel verzocht hij bij de verkiezingen ingevolge de herziene grondwet opnieuw, niet in aanmerking te komen. Hij werd 20 Mrt. 1888 vervangen.
Hij huwde 30 Mei 1851 jkvr. lsabella Catharina Johanna van Eysinga, geb. 16 Apr. 1828, overl. 23 Dec. 1862, bij wie hij 2 dochters had; 6 Apr. 1865 jkvr. Anna