Nieuw Nederlandsch biografisch woordenboek. Deel 9

[Verblackt, Arnoldus]

VERBLACKT (Arnoldus), geb. te Venray 29 Maart 1707, overl. aldaar 19 Sept. 1785, zoon van Henricus V. en Maria Cöppen, was kapelmeester der kapel van Oostrum, onder Venray, 1743-47, 1751-63 en sedert 1748 rentmeester van het adellijk huis Geijsteren, huwde 25 Oct. 1737 Jacomina Lamers (overl. 14 Febr. 1772, dochter van Lambert L., schepen van Venray 1715-45 en van Maria Hendrix). Zijn kinderen waren o.a.: Francisca, ged. 28 Juli 1738, huwde 19 April 1771 met Jacobus Cremers (geb. te Maashees 30 Maart 1740, overl. te Oostrum bij Venray 9 April 1773) en hertrouwde 13 Febr. 1781 met Petrus van Eijnd; Maria Christina, geb. 17 Juni 1741, huwde 12 Juli 1768 in de kapel van Oostrum Jacob Hendrik Kutten, scholtis van Wanssum (1765-92) en Oirlo; Lambertus, geb. 14 Jan. 1744, overl. 25 April 1817, werd 29 Aug. 1770 als secretaris van Venray beëedigd, sorteerde in Mei 1783 het archief

[p. 1186]

aldaar, was rentmeester van het kasteel Geijsteren en broeder van het St. Nicolaasgilde, huwde 15 Oct. 1787 met Joanna Catharina Lucia Rehe en had een zoon Franciscus Arnoldus Antonius, geb. 19 April 1793, overl. 1 Febr. 1866, die burgemeester van Venray was 1817-47, stichtingen te Venray en Oostrum maakte, en wiens geschilderd portret van omstreeks 1830 zich te Venray bevindt; Christianus, geb. 25 Juni 1746, overl. te Geijsteren 8 Maart 1778, werd vicaris te Oostrum 2 Dec. 1768, pastoor te Geijsteren 24 Juni 1771; Theodorus, geb. 24 Mei 1749, overl. 28 Nov. 1824, werd 28 April 1771 tot vicaris der kapel van Oostrum aangesteld en 21 Mei d.a.v. geïnstalleerd, 5 Juni 1773 werd hij te Roermond priester gewijd; sedert 21 Juni 1796 pastoor van Maasbree, deed hij afstand der kapel van Oostrum in 1797, nam ontslag als pastoor in 1811 en werd adscriptus aan de succursaal te Venray; 1 Aug.-31 Oct. 1811 bediende hij wederom de kapel van Oostrum; 14. Nov. 1816 werd hij vicaris van het oude beneficie van St. Nicolaas en Bartholomeüs in de parochiekerk van Venray en overleed als zoodanig.

Zie: Jan Verzijl, Genealogie Verblackt (hs.); Publ. de la soc. hist. et arch. dam le duché de Limbourg XXXIII (1896-97), 83, 86-87 (1898), 31, 55; Limburg's Jaarboek (1904), 60-61; Maasgauw (1907), 93.

Verzijl