[Sytzama, Maurits Pico Diederik baron van]
SYTZAMA (Maurits Pico Diederik baron van), geb. te Driesum, gemeente Dantumadeel, 2 Juni 1789, overl. te Leeuwarden 15 Juli 1848, was de zoon van den generaal majoor Johannes Galenus van Sytzama en Anna Maria Maclaine. Hij studeerde in de rechten te Groningen, waar hij 22 Apr. 1809 werd ingeschreven, maar daar hij in het najaar van 1813 dienst nam tot bevrijding van het vaderland, is hij niet gepromoveerd. In 1814 werd hij benoemd tot ontvanger van de registratie te Bergum, toen ter tijd (en nog) een moeilijke betrekking, een bewijs, dat hij als intelligent bekend stond.
Op 29 Aug. 1814 bij de eerste samenstelling der Provinciale staten van Friesland werd hij benoemd tot lid van de ridderschap van Schoterland, maar hij aanvaardde deze betrekking niet omdat hij als aan de provincie comptabel ambtenaar niet benoembaar geacht werd. Toen er een afzonderlijke comptabiliteit voor de provincie was opgericht, was dit bezwaar vervallen en werd hij door de ridderschap van West-Dongeradeel zoowel als door die van Ferwerderadeel op 2 Juni 1817 weder tot lid gekozen; hij nam voor eerstgenoemde grietenij zitting. Hij werd in 1820 benoemd tot adjuncthoutvester, in 1823 tot houtvester. Hij werd 8 Juli 1826 ter vervanging van zijn oom W.H. van Sytzama (die volgt) tot lid der Tweede Kamer gekozen. Hij behoorde hier meestal tot de onafhankelijke leden, die op openbaarheid der financiën aandrongen. Hij werd in Sept. 1840 tot lid van den Raad van State benoemd en, nadat hij voor die betrekking bedankt had, 12 Oct. d.a.v.