episode uit de belegering van Maastricht in 1579, welke voor het museum van Brussel werd aangekocht. Toen de citadel te Antwerpen door de Franschen belegerd werd, maakte hij tal van schetsen van de operatiën. In 1833 vertrok hij naar Brussel en werkte aldaar met Guillaume en Joseph Geefs in een atelier gelegen in de Rue botanique. Ook maakte hij een reis naat Italië, waar hij, na Napels bezocht te hebben, zich eenigen tijd te Rome ophield. Te Brussel exposeerde hij in 1836 verschillende kapitale doeken. Zijn Everard T'Serclaes, de bevrijder van Brussel, stervend op de Grande Place, hangt in het Musée communal te Brussel, terwijl een verkleinde copie aangekocht is door een familielid, den baron T'Serclaes de Moerkerke te Brugge. Een schilderij O.L.V. Hemelvaart bevindt zich in de hoofdkerk te Hasselt, T'Serclaes Tilly, Jean de Weert met meer andere episodes op het kasteel Sinnich bij Aubel. Zijn hemelvaart van St. Servatius door engelen en wolken omstuwd, wordt in het Illustrated London News van 8 Nov. 1884 beschreven als een der kostbaarste van Noord-Europa en bevindt zich (in 1910) in de kerk van South-Kensington.
Hij schilderde voorts vele portretten o.a. van den burgemeester van Maastricht Nierstrasz en van generaal Dibbets. Aangaande dit laatste is het volgende bekend: Terugkeerend uit Italië kreeg Schaepkens typhus en kwam zwaar ziek voor de poorten van Maastricht aan. Dibbets wilde hem niet binnenlaten dan op voorwaarde dat hij zijn portret gratis schilderde. De O.L. Vrouwekerk te Maastricht bewaart van hem schilderstukken, voorstellende Saint Lambert au pied de la Croix en Saint Arnold dans la solitude, welke werken de schilder ter gedachtenis aan zijn ouders vervaardigde. De kerken van Nieuwerkerk en Gingelom zijn beschilderd met zijn kruiswegstaties; de kerk van Saint Quentin te Hasselt met een Assomption de la Vierge. Een groote voorstelling van St. George die hij in 1846 exposeerde behoort aan de stad Leuven en maakt deel uit van het museum aldaar.
Nadat hij gedurende verschillende jaren de kathedraal van St. Servaas te Maastricht had gedecoreerd, moest hij dit werk staken tijdens de restauratie van het oude gebouw. Ook heeft hij de groote vestibule van het stadhuis te Maastricht beschilderd met zinnebeeldige figuren en grauw geschilderde medaillons. Eveneens werd hij belast met het beschilderen van de groote bedekte gaanderij van het koninklijk paleis te Amsterdam, die hij versierde met de levensgroote ridderfiguren van Adolf, Willem en Maurits van Nassau. Op de expositie van 1842 te Brussel stelde hij o.a. ten toon: een Vierge adorant l'enfant Jésus; Robert de Jérusalem, comte de Flandre, s'emparant de la bannière du Sultan; Jeanne d' Arc, montée sur un cheval blanc, l'épée à la main en Projet de monument aux grands hommes de la Belgique. Schaepkens vervaardigde ook met talent steendrukken. L' Artiste publiceerde verschillende platen van hem, naar zijn schilderstukken. Meer bekend zijn vier groote composities van geschiedkundige onderwerpen in lithochromie. Zij stellen voor: Tilly mortellement blessé en traversant le Lech, naar een schilderstuk, tentoongesteld in 1845; Jean de Weert (idem); La mort du lieutenant-colonel Coenegracht, à Waterloo, naar een schilderstuk, tentoongesteld in 1851; ten slotte: Le prince d'Orange à Waterloo.
Het marmeren borstbeeld van Theod. Schaepkens in 1834 door Guillaume Geefs gebeeldhouwd bevindt zich in het Musée communal te Brussel. Zijn portret is gegraveerd door Th. Schaepkens en afgebeeld in Immerzeel, III, 57.