gelukte dat niet. De gemeenten van Ledeboer sleepten haar leven in verdeeldheid en met moeite voort, terwijl niet weinigen van haar leden reeds in 1881 tot de Hervormde kerk of tot de Christelijk-Gereformeerde Kerk overkwamen.
De reeks van zijn geschriften begint na zijn afzetting. Voordien schreef hij volgens mededeeling van Dr. A.M. Ledeboer (zie dl. III, kol. 744) aan J.I. van Doorninck (zie beneden bij de literatuur-opgave): Een woord aan mijne landgenooten ten voordeele der huisgezinnen van hen die zich thans vrijwillig ten strijde begeven (Leid. 1830) en: Calliope. Vaderlandsche toonen voor derzelver vrienden (Leid. 1831). Dan schreef hij - het zijn alle uitgaven van enkele stuivers -: Brief aan Z.M. den Koning Willem III .... [naar aanleiding der vervolgingen der toenmalige gereformeerden] (1841; 2e dr. 1887; 3e dr. 1888); Een spiegel dezes tijds .... ('s Hage 1841); 's Heeren wegen gehouden met een alles verbeurd hebbenden zondaar (Leid. 1843; 3e dr. 1864); Geestelijke lofzangen voor kinderen van de gereformeerde belijdenis ('s Gravenh. 1844; 3e dr. 1864); Sions lofzangen in benaauwde tijden ('s Gravenh. 1844); Een a.b.c. door een abeling .... ('s Gravenh. 1845; 3e dr. 1865); Jezus onder de heidensche soldaten .... ('s Gravenh. 1848); Drie belangrijke onuitgegeven brieven (Utr. 1889); Roepstemmen uit de gewesten der eeuwige rampzaligheid. Verrijkt met eenige mededeelingen uit zijn leven .... [met 2 platen] (3e dr. Leid. 1890); Roepstem van ouderen en jongeren, welker zielen meestens plotseling en zonder bewustheid naar de ontzaggelijke eeuwigheid verhuisd zijn .... (6e dr. Leid. 1872); Brieven. Een geschenk voor zijne vrienden en strijdgenooten .... ('s Gravenh. 1865); De regtvaardiging eens zondaars voor God. Met een levensschets over hem door P. Los, benevens een blik in zijn graf door Huygens (Leid. 1872); De Sabbath (2e dr. 's Gravenh. 1873);
Een brief over de regtvaardigmaking des zondaars voor God. Met eenige bijzonderheden uit zijn leven en sterven door P. Los Gz. (Dordr. 1863); Een klein vraagboekje voor kinderen (3e dr. 's Gravenh. 1860); Eenige toepasselijke verzen .... (Gorinch. 1860); Het zalig afsterven eener Christinne welke Gods oordeelen naderen zag (3e dr. 's Gravenh. 1864); Sions lof- en treurzangen.... ('s Gravenh. 1866); Sions val en opkomst .... (3e dr. 's Gravenh. 1873); Vijf nog nooit uitgegeven brieven (Goes 1867). Ook schreef hij in: Naphtali, schoone woorden voor God zoekende zielen ('s Gravenh. 1857-61, no. 1-17).
Zie: J.H. Landwehr, L.G.C. Ledeboer in zijn leven en arbeid geschetst (Leid. 1900); N.H. Beversluis, Ds. L.G.C. Ledeboer en zijne gemeenten. Zijne en hunne geschiedenis tot op heden (Middelb. 1900); G. Keizer, Uit de gesch. der Geref. kerken Vuren, Herwijnen, Ommeren, Tiel 1834-53 (2e dr. Kampen 1905), 57v.; J.H. Gunning, Het Protestantsche Nederland onzer dagen .... (Gron. 1889), 111-129; J Verhagen Jr., De gesch. der christ. geref. kerk in Ned. (Kampen 1879-80), in de 2e dr. (Kamp. 1881), 596v., 605; J.I. van Doorninck, Bibliotheek van Nederl. anonymen en pseudonymen ('s Gravenh. en Utr. 1870), 102 (no. 988), 567 (no. 5459); dez., Vermomde en naamlooze schrijvers II (Leid. 1886), 133 (no. 825), 658v. (no. 4302); L. Knappert, Gesch. der Ned. Herv. Kerk II (Amst. 1912), 306, 310v.; J. Reitsma, Gesch. van de Hervorming en de Herv. Kerk 3e dr. (Utr. 1916), 793v.; L.D. Petit, Repertorium .... van tijdschriftartikelen I (Leid. 1907), kol. 1379; Alphab.