De vraag: wat is te Moerdijk geschied? beantwoord, met officieele bescheiden enz. in drie gedeelten (Utr. 1873-74); Pleitrede, uitgesproken voor het provinciaal geregtshof van Noord-Brabant op 5 Jan. 1875; Open brief aan de leden van het prov. ger. te 's Hert. bij gelegenheid der regterlijke verkooping mijner onroerende goederen, met bijlagen (1875); Waarom ik niet ten tweeden male voor de regtbank te Breda verschenen ben? (1875); Memorie van toelichting uit naam en op last van den kerkeraad en van de kerkvoogdij der Ned. Herv. Gem. te Moerdijk, Z. Exc. den minister van finantiën toegezonden (1876); Een brief aan en twee brieven van Dr. H.F. Kohlbrugge (zie dl. IV, kol. 848.) ten nutte der christelijke kerk in Nederland uitgegeven (1879); ‘Voorwoord’ in: De leer der volmaaktheid of het hooger christelijk leven. Een onschriftuurlijke en zielverdervende leer, uit het Engelsch van C. Hemington vertaald door F.W. Wagner (Gouda 1876); Antwoord aan den heer M.S. Bromet op zijn circulaire betreffende het werk: D.L. Moody en zijn werk in 's Heeren wijngaard (Culemb. 1875). Nog verschenen van hem eenige uitgaven van 1876 tot 1880, waarvoor Brinkman's Catalogus zij verwezen.
Zijn vrouw was Elize van der Stok, geb. 1845, overl. 1903.
Zijn portret komt voor in Rullmann, De strijd voor kerkherstel in de Ned. Herv. kerk enz.
Zie: de Bie en Loosjes, Biogr. Woordenb. van Protest. Godgel. in Ned. V, 77-79; Brinkman's Catalogus van boeken enz. (1850-82), 233, 507, 651, 1283; Kerkelijk Handboek (1878), 636.
Knipscheer