[Klaarbout, Christiaan]
KLAARBOUT (Christiaan), of Klaerbout, geb. te Amsterdam 3 Juni 1728, overl. te Rotterdam 6 Dec. 1807. Hij was predikant te Graft van 20 Nov. 1557 tot zijn emeritaat in 1782, waarna hij zich vestigde te Rotterdam. Zijn vrouw was Sara Magdalena Manger. Hij schreef: Inweidingsleerreden bij gelegenheid van de gedeelt. opbouwinge en vernieuwinge der kercke van Graft d. 22 Nov. 1767 (Amst. 1768), en: Mozes aloude schaduwleer vertonende de voortreffelijkheid van Vorst Messias, in 4 boeken met platen (Amst. 1774). Een berijmde Catechismus (Amst. 1725; 2e dr. 1742) onder den titel De luister der Herv. Kerke enz., en een Grafdicht op H. Sibertsma (overl. als predikant te Amsterdam in 1728) (Amst. 1729) zijn wellicht van de hand van zijn vader C.C. Klaarbout.
Zie: de Bie en Loosjes, Biogr. Woordenb. van Protest. Godgel. in Ned. IV, 778; Kerkelijk Handboek (1908) Bijl., 101, 114; R. Arrenberg, Naamregister van nederd. boeken tot 1787, 278; Nederland in woord en beeld (Leiden, Burgersdijk en Niermans 1924), 264.
Knipscheer