hoofden van het kassierskantoor Huydecoper en van Dielen te Utrecht.
Hij studeerde te Utrecht, waar hij 29 Aug. 1845 werd ingeschreven en waar hij in 1852 op stellingen in de rechten promoveerde.
Spoedig daarna werd hij hoogheemraad van Zeeburg en Diemerdijk.
Hij was sedert 1854 als beambte, later als een der hoofden werkzaam aan bovengenoemd kantoor. Op 9 Mei 1871 werd hij in het kiesdistrict Breukelen gekozen tot lid der Provinciale staten van Utrecht.
Hij was een groot vriend van de genealogie en heeft medegewerkt aan de samenstelling van vele gedrukte kwartierstaten van Nederlanders. Hij heeft een groot aantal tabellen betrekkelijk nederlandsche geslachten vervaardigd. Zij zijn nooit in druk uitgegeven.
Hij woonde des winters te Utrecht, des zomers op de buitenplaats Gansenhoef onder Maarseveen. Hij was ongehuwd en liet zijn heerlijkheid na aan zijn neef jhr. Mr. J.E. Huydecoper, die zich sedert van Maarsseveen en Nigtevecht noemde (zie vorig art.).
Zie: de Heraut (1884), 155, van welk maandschrift, dat tot 1894 bestaan heeft, hij een der twaalf oprichters was. Hij heeft de uitgave van het eerste nummer niet mogen beleven.
Ramaer