Nieuw Nederlandsch biografisch woordenboek. Deel 9
(1933)–P.J. Blok, P.C. Molhuysen– Auteursrecht onbekend
[pagina 382]
| |
te Gorinchem, waar hij een vooraanstaande plaats innam. In 1686 werd hij burgemeester en in het volgend jaar lid van den Raad van State. Zijn ambtelijke jaren zijn gekenmerkt door heftige geschillen tusschen de regenten onderling en den drossaard Lodewijk Huygens, die pas na den dood van den stadhouder (1702) eenigszins worden getemperd. De partij van van Hoey schijnt te hebben gezegevierd en deelde ook nog langen tijd daarna binnen Gorinchem de lakens uit. Gerard van Hoey was 23 Juni 1680 te 's Gravenhage gehuwd met Cornelia Deym, geb. te 's Gravenhage 21 Nov. 1656, overl. te Gorinchem 27 Apr. 1738 (dochter van Maarten D. en van Margaretha Panser). Van hun 4 kinderen werd Mr. Abraham drossaard en baljuw van Hardingsveld, raad en burgemeester van Gorinchem, Jan (de vader van Cornelis van Hoey die voorgaat) klerk ter secretarie van Holland, terwijl de jongste zoon Caspar in 1714 tot secretaris van Gorinchem werd benoemd ter vervanging van zijn gelijknamigen oom (over wien hiervoor). Zie: Th. Jorissen, Memoriën van Mr. Diderik v. Bleyswijk; Alg. Ned. Familieblad IV, 66; Ned. Leeuw XVIII, 140. Regt |
|