Nieuw Nederlandsch biografisch woordenboek. Deel 9

[Hoey, Caspar van]

HOEY (Caspar van), geb. te Gorinchem in 1658, overl. ald. 19 Febr. 1735, zoon van Abraham en van Adriana van Peursem. Zijn oudere broeder, Gerard v.H. (die volgt), was hem in de regeering van Gorinchem voorgegaan. Hij zelf had gedurende het leven van zijn broeder een ondergeschikte plaats ingenomen en zich met het secretarisschap, het ontvangerschap der stad en andere soortgelijke posten moeten tevreden stellen. Na den dood van zijn broeder had hij het secretariaat neergelegd, was vroedschap geworden in 1714 en had toen ruimschoots zijn schade ingehaald. Hij werd herhaaldelijk burgemeester van Gorinchem en namens deze stad afgevaardigd naar de Staten van Holland. Van 1715 tot Mrt. 1734 was hij bij elke zitting der Staten tegenwoordig. Voornamelijk op zijn initiatief werd 9 Dec. 1727 te Gorinchem het gezelschap den Negenden opgericht; ofschoon dit wel oorspronkelijk uit 9 personen bestond, schijnt toch niet deze omstandigheid, maar de datum der geboorte de verklaring van den naam te geven. ‘De behartiging van de belangen der stad Gorinchem en in 't algemeen van het Land van Arkel’ stelde het zich officieel ten doel, doch het was een dier geheime gezelschappen van regeeringsleden, die vooral in het tweede stadhouderlooze tijdperk als paddenstoelen uit den grond opschoten en geen ander doel hadden dan om den verbonden leden het grootst mogelijk aandeel aan de beneficiën der regeering in stad en lande te verzekeren.

Zeven jaar voerde het gezelschap, bestaande uit familieleden en vrienden van Caspar van Hoey, onbeperkt heerschappij in de uit 16 personen bestaande vroedschap en verdeelde de beneficiën en vette posten naar eigen genoegen; toen werden de rollen omgekeerd. Een nieuwe ‘correspondentie’ van 9 leden werd 20 Febr. 1734, mede

[p. 381]

door afval van enkelen uit den Negenden, geteekend en nam het roer in handen. De handelingen en lotgevallen van beide gezelschappen vindt men uitvoerig beschreven in het beneden genoemde werk van Jorissen.

Caspar van Hoey overleefde zijn nederlaag slechts kort. Hij overleed te Gorinchem 19 Febr. 1735. Den 10. Oct. 1683 was hij te Sliedrecht gehuwd met Cornelia van der Esch, geb. te 's Gravenhage 22 Juli 1665, dochter van Engelbrecht, commies van de gemeene landsontvangst in den Haag, en van Cornelia Quarles. Uit dit huwelijk sproten acht kinderen, waaronder Mr. Abraham, ambassadeur in Frankrijk. Een dochter Cornelia Jacoba huwde met Cornelis van der Does (dl. VI, kol. 411); een andere, Adriana Christina met Mr. Jacob van Assendelft (dl. VII, kol. 37, 38).

Zie: Theod. Jorissen, Memoriën van Mr. Diderik van Bleyswijk (reg.); Blok, Gesch. Ned. Volk III, 359; Alg. Ned. Familieblad IV, 70.

Regt