[Hoensbroeck, Willem Adriaan markgraaf van en tot]
HOENSBROECK (Willem Adriaan markgraaf van en tot), geb. op het kasteel Haag bij Gelder 30 Mei 1666, overl. aldaar 18 Juni 1735, zoon van Arnold Adriaan (die voorgaat) en van Dorothea Henrietta van Cottereau tot Westmael, was baron van Entbruggen, Ruynen, Bellinghoven, Gremptin, heer van Haffen en Mehr en van verschillende andere heerlijkheden, geheimraad van den koning van Pruisen, stadhouder der leenen, kanselier, erfmaarschalk van het hertogdom Gelder en van het graafschap Zutphen, hoog-drossaard der stad Gelder en raadcostumier van het Souverein Hof van Gelder te Roermond (1691-1717). Hij werd 1 Sept. 1733 tot rijksgraaf verheven en was sedert 16 Juli 1695 gehuwd met Elisabeth Henrica Maria Victoria gravin van Schellart-Obbendorf (overl. 19 Nov. 1727, dochter van Frans Caspar, heer van Iversheim en van Margaretha Gertrudis Maria van Bernsau tot Ruinen). Uit dit huwelijk negen kinderen o.a. Frans Arnold Adriaan Johan Philip (vgl. eigen artikel); Johan Frederik, ridder van Malta, domdeken, geheimraad en vicaris-generaal van den keurvorst van Trier; Maria Theresia, gehuwd met Karel Dominicus graaf van Hodion en Wacken.
Zie: Egidius Slanghen, Het markgraafschap Hoensbroeck (1859), 159; Doopregisters van Roermond (1700-03) (gedurende welke jaren een zoon en twee dochters te Roermond werden geboren, die niet vermeld zijn door Slanghen); A.F. van Beurden, Lijst der kanseliers en raden van het Souverein Hof te Roermond onder Oostenrijksch bestuur in Limburg's Jaarboek XX (1914), 119; Adolf Steffens, Bijdragen tot de geschiedenis van Swalmen en Asselt in Publ. de la Soc. hist. et arch. dans le duché de Limbourg XXXI (1894), 287, 355; Maasgouw (1898), 71.
Verzijl