E.
[Eck, Barthold heer van (1)]
ECK (Barthold heer van) (1), overl. te Eck 12 Maart 1304. Hij trad in persoonlijken dienst van graaf Otto van Gelder en werd door hem belast met de opvoeding van zijn zoon Reinald (1249). Hij huwde in 1266 met Walburgis, dochter van Saffencijn heer van Maurick, die hem de buurtschap Eck schonk, dicht gelegen bij Maurick, waar hij een parochiekerk en een kasteel deed bouwen. In 1282 komt hij als richter in de Betuwe voor. In 1288 verhief hertog Reinald I van Gelder hem tot zelfstandig heer van Eck en die plaats tot een vrije heerlijkheid met hooge- en lage jurisdictie. In den limburgschen opvolgingsoorlog volgde hij dezen vorst in den strijd en werd in den voor dezen zoo rampzaligen slag van Woeringen (5 Juli 1288) met zijn zoon Gerard (die volgt), die als schildknaap dienst deed, evenals Reinald zelf gevangen genomen. Om zijn vrijheid te bekomen, moest hij in 1289 een losgeld van 15000 rijnsche guldens betalen. Om deze som bijeen te krijgen, zag hij zich verplicht al zijn vaderlijk erfgoed te Keulen te verpanden.
Zie: J. Anspach, Schets van oorsprong en geschiedenis der aloude heerlijkheid Eck en Wiel in Heraldieke Bibliotheek N.R. I (1879), 111-118.
Verzijl