[Drielenburch, Willem van]
DRIELENBURCH (Willem van), ged. te Utrecht 24 Juni 1632, was waarschijnlijk de zoon van Vincent van Drielenburch. Hij woonde in 1653 te Haarlem en huwde 16 Febr. 1658 met Anna van Merkerck, wed. van Johan van Schendel. Hij leerde de kunst bij Abraham Bloemaert in zijn geboorteplaats, maar vestigde zich volgens Houbraken in 1668 of 1669 op twee- of drie-en-veertig-jarigen leeftijd te Dordrecht. Arnold Houbraken behoorde er in 1672 onder zijn leerlingen en deze vertelt in zijn Schouwburg een en ander over de levenswijze van zijn eersten meester en diens vader Willem (lees Vincent). Drielenburg volgde naar vermogen den stijl van Both, zonder dien meester in coloriet of penseeltoets te kunnen evenaren. Van dezen kunstenaar bestaat o.m. een gezicht op Dordrecht met zeer gefantaseerden voorgrond, gemerkt W.D. 166 ..., dat den toestand der stad weergeeft vóór 1656. Het behoorde indertijd aan ingenieur Starcke te Melle bij Osnabrück en was o.a. in 1894 op de tentoonstelling van Oude Kunst te Utrecht.
In 1690 komt in de haagsche confrerie een monsieur Drillenbergh voor, die ƒ 6 betaalt, wellicht een zoon.
Zie: Houbraken, Schouwb. II, 147; Dordr. Ill., no. 318; Aant. van Mr. W.C. Schuylenburch te Utrecht.
van Dalen