[Bartholomaei, Jacobus]
BARTHOLOMAEI (Jacobus), bijgenaamd van Peen, pastoor te Bovenkerk, geb. (volgens de Bat. Sacr. II, 413) in 1591, overl. 25 Mei 1650. Volgens de jaartallen op zijn portret, een kopergravure, bewaard in het bisschoppelijk museum te Haarlem, is hij geboren 1599. Dit is meer betrouwbaar dan de Bat. Sacr. Hij komt ook voor in het Necrol. van Haarlem (in De Katholiek LX (1871), 337); zijn geboortedatum is daar (hoewel Bijdr. Haarl. XXXVII dit beweren) niet aangegeven. Zijn portret heeft een familiewapen en de spreuk ‘Docens et faciens’. Het onderschrift van het portret in het Nederlandsch, opgenomen in Bat. Sacr., is wel van Andreas v.d. Cruycen (zie art. in dit deel). J.B. was 1636 pastoor geworden te Bovenkerk. In de relatie van de la Torre (1638) wordt hij ‘Jac. Boxenkercken’ genoemd. 1644 deed de baljuw van Amstelveen bij meester Jacob een huiszoeking en ontdekte een ‘achterhuis of schuur met verheven galderije dewelcken hy baljouw heeft doen neerleggen en de deuren van dien heeft doen toespeyckeren’. Pastoor Jacobus was een vriend der armen, een bijzonder weldoener van het amsterdamsche Maagdenhuis.
Zie: Bijdragen bisdom Haarlem VIII, 197-198, XXXVII, 104-106; Archief aartsb. Utrecht XII, 142.
Fruytier