[Anneken]
ANNEKEN, een martelares op 23 Jan. 1539 te Delft verdronken. Zij wordt meestal aangeduid als Anneken van Rotterdam, ook als Anneken Jans van den Briel (Doopsgez. bijdragen 1870, 51). Zij is in den Briel op 24-jarigen leeftijd te gelijk met haar man Arent Jans door zekeren Meynart gedoopt. S. Cramer verhaalt dat haar zoon bekend is als Esaias de Lint, die burgemeester van Rotterdam en een vriend van Johan van Oldenbarneveld was. Het Testament en een Liedeken van Anneken van Rotterdam vindt men in Het Offer des Heeren. De vraag of zij Davidjorist is geweest wordt door S. Cramer terecht voorzichtig behandeld. De bibliotheek van de Doopsgezinde gemeente te Amsterdam bezit nog een origineel ‘vliegend blaadje’: Hier begint dat Testament dat Anneken Esaias haren sone bestelt heeft...., na ghedrucket na een olde gedruckte copye 1539. Deze uitgave (z. jaar) is in elk geval van vóór 1560.
Zie: Mennonitisches Lexikon I (Frankf. a.M. 1913), 73; Doopsgezinde Bijdragen (1870), 51; K. Vos, Menno Simons (Leid. 1914), 56, 65v.; Bibliotheca Reformatoria Neerlandica II ('s Gravenh. 1904), 17, 22, 26, 29, 70-77; Catalogus van de bibliotheek der Ver. dpsg. gem. te Amsterdam (Amst. 1919), 58.
Knipscheer