[Michielsz., Jochem]
MICHIELSZ. (Jochem), wiens eigenlijke naam Steufhaas zoo goed als niet in gebruik was, werd geboren te Amsterdam, omstreeks 1648, hij overleed te Batavia 9 Nov. 1685. In 1668 wordt hij vermeld als matroos, ‘bescheyden in 't prauwenhuys’, dus bij het ‘indiaensch cleen vaertuijgh’ aan de w. zijde der stad onder de punten Groningen en Zeeburg. Na zijn bevordering tot hoogbootsman wordt hij 9 Sept. 1672 tot opziener van genoemd huis aangesteld. In 76 komt hij voor in den rang van luitenant, in welk jaar hij aan Poolman's legermacht in O.-Java wordt toegevoegd, waarin hij zich door zijn dapperheid onderscheidt. Vervolgens neemt hij onder Speelman (1 Febr. 1677) deel aan de expeditie tegen Troenodjojo. In 78 fungeert hij als bevelhebber over de vloot, die Pamanoekan moet blokkeeren, waarna hij in 1679 bevorderd wordt tot kapitein over het prauwenhuis en de kleine vaartuigen. Het gelukte hem Cheribon in 1680 tot onderwerping te brengen. Als belooning krijgt hij in 81 zijn aanstelling tot kapitein en wordt hij aangewezen om deel te nemen aan de expeditie tegen Bantam (1682) onder Fr. Tack. Toen na de landing der voorhoede de tegenpartij buiten het bereik van ons geschut was geraakt en het haar gelukt was de onzen in verwarring te brengen, verscheen M. op dat hachelijk oogenblik bijtijds tot ontzet. De vijand werd dermate geteisterd, dat hij van alle zijden afliet en in de grootste wanorde op de vlucht sloeg. In Juni 1685 wordt hij met 8 pentjalangs of oorlogsvaartuigen naar Tjiasem gezonden, om daar een roovende bende te verjagen. Kort daarop is hij overleden. Hij schijnt de laatste commandant der bakeleis- of oorlogsprauwen te zijn geweest. In hem verloor de Compagnie een bekwaam, dapper aanvoerder.
Hij was gehuwd met Augustina Lodrigo, of Rodrigo, waarschijnlijk van mardijksche afkomst. Zij schonk hem 5 kinderen.
Zie: de Haan Priangan I; van Deventer, De Ned. op Java I, 270v, 315-316; de Jonge, Opkomst VII, 386.
Bartelds