Generaal gesteld om tot aspirant-ingenieur van den waterstaat benoemd te worden. Na aankomst in Indië werd hij 11 Mei 1872 tot aspirant-ingenieur benoemd en te Batavia geplaatst. Van 8 Jan. 1873 tot 27 April 1875 werd door hem de betrekking van adjunct-ingenieur der spoorwegdiensten waargenomen, terwijl hij ondertusschen 2 Nov. 1874 tot ingenieur 3e, 11 April 1875 tot ingenieur 2e klasse benoemd werd. Bij den waterstaat teruggekomen, werd hij te Samarang geplaatst. Daarna volgden overplaatsingen: 2 Nov. 1875 naar Casik-Malaia, 12 Aug. 1876 naar Tjandjoer, 15 Nov. 1877 naar Menado, 3 Jan. 1878 naar Makassar en 4 Mei 1881 naar Tegal. Hoewel hij te Delft veel tijd aan feestvreugde en de belangen van studenten vereenigingen besteed had, was zijn natuurlijke vlugheid oorzaak, dat hij een practisch ingenieur bleek te zijn, die in vele onderdeelen van het vak thuis was. De onaangenaamheden, door velen van zijn ambtgenooten van 1873 tot 1881 en weder sedert 1884 ondervonden (zie het artikel C.L.F. Post, dl. IV, kol. 1092), hebben Levert weinig gedeerd, daar hij de vriendschap en vereering genoot van den toen reeds invloedrijken ambtenaar bij het binnenlandsch bestuur later Gouverneur-Generaal jhr. C.H.A. van der Wijck. Aan die vriendschap zijn ook eenige van de boven vermelde verplaatsingen toe te schrijven, daar van der Wijck hem gaarne als technisch adviseur in het door hem bestuurde gewest naast zich zag.
Op 4 Sept. 1883 werd aan Levert verlof naar Europa wegens ziekte verleend. Nadat dit verlof tweemaal verlengd was, werd hij op zijn verzoek bij Koninklijk besluit van 24 Nov. 1886 eervol uit den Indischen dienst ontslagen.
Na zijn herstel trachtte hij h.t.l. in de industrie een werkkring te vinden, maar deze voldeed hem niet. Het was dus een uitkomst, dat hij in 1887 benoemd werd tot ingenieur bij de Leeuwarder waterleiding. Deze ontnam volgens zijn plannen het water aan het Bergumermeer. Hij heeft de waterleiding bijna kunnen voltooien.
In 1891 werd hem door een consortium te Soerabaia opgedragen, een waterleiding voor die stad te ontwerpen. Hij begaf zich daarvoor naar Indië, keerde, na aan de opdracht voldaan te hebben, ziek naar Nederland terug en overleed een week na zijn terugkeer.
Hij huwde 1880 te Makassar Georgine Maria Clara Werlemann, nog in leven. Zijn zoon Ir. J.H. Levert, is hoofdingenieur, hoofd der technische afdeeling van den dienst der volksgezondheid in Nederlandsch Indië.
Ramaer