[Kuysten, Godefridus]
KUYSTEN (Godefridus), geb. te 's Hertogenbosch, priester, licentiaat in de beide rechten, broeder van Johannes (2), die volgt, overl. volgens Necrologium Harlem. (De Katholiek LXI (1872), 253) als pastoor in Rayenburg 28 Oct. 1678. Hij had den graad van licentiaat behaald in de beide rechten en was kanunnik in Würzburg. Hij liet zijn prebende varen om als arm missionaris in de omstreken van Bodegraven, waar ook zijn broeder Johannes gewerkt had, de Katholieken bij te staan. Jac. de la Torre in zijn Relatio 1656 noemt hem bij vergissing Wilhelmus en zegt, dat hij hem onlangs had aangesteld. Hij werkte te Raamburg, waar bij verbleef, te Boskoop, Middelburg, Waddingsveen, Reewijk, enz. gedurende 24 jaar. Hij werd in de St. Pieter- en Pauluskerk te Reewijk begraven.
Zie: Batavia Sacra II, 186 of Historia episc.; Archief aartsb. Utr. XI, 77.
Fruytier