[Junius, Adrianus]
JUNIUS (Adrianus), geb. te Dordrecht, overl. 1620, maar van afkomst onbekend, werd 19 Febr. 1592 ingeschreven als student te Leiden zonder eenige bijvoeging. Hij had toen reeds buitenlandsche hoogescholen bezocht, te Genéve vertoefd en in 1586 met Jacobus Arminius een reis naar Italië ondernomen. In 1597 werd hij benoemd tot raadsheer in het Hof van Holland en behoorde in 1618 tot de buitengewone rechtbank van 24 rechters, die Oldenbarnevelt, Hugo de Groot en Rombout Hogerbeets vonnisten. Hij wilde zich aan dezen last onttrekken, maar zag zich door de bedreiging van zijn ambt te verliezen en van zware geldboeten gedwongen zich tot dit werk te leenen. Hij toonde zich evenwel zeer gematigd en heeft waarschijnlijk tegen het doodvonnis over den landsadvocaat gestemd. Later verklaarde hij berouw te hebben in die rechtbank zitting te hebben genomen. In Palamedes van Vondel wordt hij voorgesteld als Nestor, de onpartijdige rechter. In 1600 werd hij naar Groningen gezonden ter demping van de geschillen aldaar, maar hij maakte zich toen weinig bemind.
Hij was eerst gehuwd met Johanna Lozen Sebastiaensdr., daarna met Martina Snouckaert.
van Dalen