Nieuw Nederlandsch biografisch woordenboek. Deel 8

[Höveker, Henricus]

HÖVEKER (Henricus) of Hövker, Höfker, geb. te Amsterdam, ald. gedoopt in de Oude Kerk 23 Oct. 1807, overl. ald. 28 Oct. 1889. Hij was een zoon van Maine Frederik Hövker en Catharina Heydelman en was sedert Mei 1831 boekhandelaar te Amsterdam tot 1 April 1886. Hij stelde sedert 1836 zijn huis open voor de Afgescheidenen en was ook in de zich vormende gemeente diaken. Een in deze gemeente gerezen conflict was aanleiding, dat hij met drie kerkeraadsleden geschorst werd, waarna hij die kerkelijke gemeente verliet en terugkeerde tot de Ned. Hervormde Kerk. Daar streed hij tegen de moderne predikanten, maar ook tegen degenen die in 1886 ‘doleerden’. Een werkzaam aandeel had hij in den arbeid van de ‘Vereeniging tot verbreiding

[p. 861]

der Waarheld’, te Amsterdam opgericht 11 Nov. 1847. Ook behoorde hij tot de oprichters van het ‘Java-Comité’. Hij huwde te Amsterdam 1 Mei 1831 met Elisabeth Johanna Christina van Ommen Roddendijk (overl. 11 Oct. 1856) en 5 Juli 1859 met Wilhelmina Hendrika van der Linden (overl. 23 April 1904). Vele geschriften verschenen van zijn hand, meest in verband met den kerkelijken strijd dien hij voerde.

Zie: de Bie en Loosjes, Biogr. Woordenb. v. Prot. Godgel. in Ned. IV, 96-98: Brinkman's Catalogus (Amst. 1884) 558; vervolg, 225.

Knipscheer