[Hooght, Evert of Everhardus van der]
HOOG(H)T (Evert of Everhardus van der) of v.d. Hoocht, geb. te Utrecht, ald gedoopt 23 Jan. 1642, overl. te Nieuwendam in Juli 1716. Zijn ouders waren Jan van de Hoocht en Belichjen van de Hoocht. Hij werd predikant te Knollendam en Marken-binnen in 1669, te Nieuwendam in 1680. Zijn lessen in het Hebreeuwsch waren beroemd. Hij heeft het Oude Testament in de oorspronkelijke taal uitgegeven, een uitgave die nog in de 19de eeuw meermalen is herdrukt. Ook zijn hebreeuwsche spraakkunst is in wijden kring gebruikt. Zijn preeken over den heidelbergschen catechismus vonden veel aftrek. Hij was een vurig bewonderaar van Jodocus van Lodenstein, gaf diens preekbundels uit en beschreef zijn leven en sterven. Eindelijk is hij bekend als een der eerste en vurigste bestrijders van Balthasar Bekker (dl. 1, kol. 277-279). De titels van zijn vaak zeldzaam geworden werken beslaan in de opgave bij de Bie en Loosjes drie bladzijden.
Zie: de Bie en Loosjes, Biogr. Woordenb. v. Prot. Godgel. in Ned. IV, 257-262; Catalogus v.d. bibliotheek der Ver. Doopsgez. Gem. te Amst. I (Amst. 1885), 17; Kerkelijk Handboek (1908) Bijl. 125, 133.
Knipscheer