[Hoeingius, Jodocus of Joost]
HOEINGIUS (Jodocus of Joost) of Hoeingh(a), Hoejnghius, Hoeijinguie, Hoingius, geb. te Onnae of Unna (land van de Mark), overl. te Harderwijk 9 Juli 1637. Hij was er sedert 1603 rector van de kwartierschool te Harderwijk. Als plaatsvervangend vertaler voor de overzetting van de Statenvertaling is hij aangewezen, maar zijn overlijden belette zijn werkzaamheid in dezen. Hij was gehuwd met Anneken Wijntgens. Hij schreef: Kort antwoordt op de Benthomsche ende Steenfortsche getuijchnissen dewelcke D. Vorstius in synen Voorloper.... heeft uytgegeen (Harderw. 1612); Tegenbericht op D. Vorstii lasterlycke ende ongefondeerde antwoort, daermede hij Jodoci Hoeingii.... getuichnis, tegens hem gegeven, in synder volcomender antwoort poget te vernielighen (Harderw. 1612).
Zie: de Bie en Loosjes, Biogr. Woordenb. v. Prot. Godgel. in Ned. IV, 67 v.
Knipscheer