sionaris in het Oosten, bij uitstek bedreven in de vreemde talen, een waar apostolisch man. Zijn broeder Jacobus Golius was 40 jaar lang als professor te Leuven in de oostersche talen zeer vermaard. Hemelaars stond in bijzondere vriendschapsbetrekkingen met Hugo de Groot. Bij diens bezoek aan de Scheldestad na zijn ontvluchting, 1621, verwelkomde hem Hemelaars met een gelukwensch in jambische verzen: Paraeneticon Angeli Custodis ad Hugonem Grotium (Antv. C. Moretus 1621, 12o).
Uit brieven in de leidsche bibliotheek bewaard, zegt Paquot op het gezag van Burman, blijkt, dat Hemelaars pogingen aanwendde om de Groot tot de roomsch-katholieke kerk over te halen. Hemelaars telde vele vrienden onder de geleerden van dien tijd, dit blijkt uit de verzen vol lofspraak, welke men vindt vëër in zijn werk: Imperatorum Romanorum a Julio Caesare ad Heraclium usque, numismata aurea excellentissimi Caroli Ducis Croy et Aarschotani, dat het licht zag te Antw. 1614 of 1615, 1627, 1654 en te Utrecht 1709. Het bevat lofdichten van J. Rycquius van Gent, van W. de Bye, rechtsgeleerde, en van Albert Rubens, zoon van den schilder, slechts 13 jaar oud, die later een bekwaam penningkundige werd, wellicht onder de leiding van Hemelaars. Zie over de uitgave van A. Rubens' studiewerk met medewerking van Gronovius te Leiden: Max, Rooses, Rubens leven en werken (Antw. 1903), 158-159; Fr. Sweertius, Athenae Belgicae, 436 drukt de getuigenis over Hemelaars van Lipsius af, 1600; deze noemt hem ‘mihi amicissimus, vir dubium doctior an modestior’. Paquot vermeldt nauwkeurig de titels der werken van Hemeiaars en ook de twee werkjes, welke reeds vroeger over de orde der Karmelieten uitgegeven waren en door de zorg van Hemelaars werden herdrukt. Een latijnsch lofdicht op de Karmelieten door Hemelaars geeft Paquot in zijn geheel. Hofmann-Peerlkamp, Vita Belg. qui latina carmina scripserunt, 376 neemt aansloot aan dit vers en keurt het af. Overigens is hetgeen Bibl. Belgica, Paquot, Dierxksens,
Antv. nascens et cresc. over Hemelaars verhalen grootendeels geput uit J.F. Gronovius, Oratio funebris in obitum Jacobi Golii, linguae arabicae et mathematicae professoris (Lugd. Bat. 1667) I, kol. 991. De Biogr. nat. Belg. IX, 20-25 geeft niet meer dan zij, ondanks vele opmerkingen in Studiën XXIV (1885), 278-285, 305. Hemelaers werd begraven in de O.L. Vrouwe-kerk te Antwerpen. Zijn grafschrift Graf- en gedenksch. I, 93 vermeldt, dat hij overleed 7 Nov. 1655 oud 85 jaar en na een voortdurend verblijf van 49 jaar. Dit komt niet overeen met de gegevens der gemelde schrijvers, maar schijnt juister. Hij is dus niet geboren omstr. 1580 maar tien jaar vroeger, keerde niet 1607 maar 1604 uit Rome terug, waarheen hij zich had begeven op 30-jarigen leeftijd.
Fruytier