[Heeckeren van Brandsenburg, Derk Jan van]
HEECKEREN VAN BRANDSENBURG (Derk Jan van), heer van Brandsenburg en Boelesteyn, geb. te's Gravenhage 14, gedoopt 16 Januari 1742, overl. te's Gravenhage 7 Febr. 1796, begr. Gr. K. 13 Februari, zoon van Walraven Robbert, die volgt, en van diens 2e vrouw Barbara Elisabeth de la Fontaine.
Reeds in Januari 1770 werd hij benoemd tot buitengewoon envoyé in Spanje en keerde van daar in 1773 terug (van Hardenbroek, Gedenkschr. I, 458). Hij werd kanunnik van St. Jan te Utrecht, lid van het college van geëligeerden aldaar, kwartierschout van Oisterwijk, gecommitteerde ter Staten Generaal en kamerheer van den Prins van Oranje. Van Hardenbroek beweert dat hij alles aan den hertog van Brunswijk had te danken en volkomen van dezen afhankelijk was (I, 321, 412). Daar hij soms al te oprecht zijn gevoelen aan den Prins kenbaar maakte - de Prinses hield hem voor den eenige op wiens woorden men kon staat maken - achtte de hertog het wensche.