Nieuw Nederlandsch biografisch woordenboek. Deel 8

[p. 651]

H.

[Haan, Pieter de]

HAAN (Pieter de), zoon van Pieter en van Elisabeth Feitama, geb. te Amsterdam 18 Juli 1757, overl. te Leiden 5 Jan. 1833. Na een opleiding in den handel ontvangen te hebben, opende hij te Amsterdam een bankierskantoor. In 1806 werd hij benoemd tot hoofd der afd. Algemeene handelszaken aan het ministerie van marine en koloniën. Daar dat ambt echter opgeheven werd, vestigde hij zich in Maart 1809 te Leiden, waar hij in hetzelfde jaar een lakenfabriek kocht, waarvan hij zelf het beheer op zich nam, tot hij dit in 1823 neerlegde om zich geheel aan economische vraagstukken en de beoefening der lettteren te wijden. Belangrijke verhandelin-

[p. 652]

gen over Indië, deels als bijdragen in Hermes of in Weegschaal, deels in boekvorm, waaronder ook vertalingen, zagen van zijn hand het licht. De voornaamste van deze zijn: Gedachten over den Chinahandel en den theehandel (Rotterd. 1824); Het handelstelsel van Java met koophandel en scheepvaart en fabrykstaat van Nederland in verband gebragt (Leiden 1825). Van belangrijke aanteekeningen en voorrede voorzien, verscheen het uit het Engelsch vertaalde De indische archipel I-III (Haarl. 1823-25), naar Crawfurd (dl. I, kol. 651), History of the Indian Archipelago (1820). In Hermes verscheen zijn vertaling van Raffles, Over de invoering van een verbeterd stelsel van administra-

[p. 653]

tie (1828). Nog gaf hij uit Schetsen aangaande de landelijke administratie van Java (Leiden 1829) en Koloniaal bezit en handel in verband gebragt met de afscheiding van België (Leiden 1831). Zijn geschriften dragen den stempel der belangrijke gebeurtenissen in die dagen: het verdrag met Engeland van 1824, de oprichting der Ned. handelmaatschappij in 1824 en de belgische opstand in 1830. Hij toont zich een warm voorstander van het oude koloniale stelsel der Compagnie met zooveel mogelijk wering van vreemde kooplieden. Hij werd lid van de Mij. der nederl. letterk.

Hij was gehuwd met Wyna Bierens, die hem zes zoons en een dochter schonk.

Zie: Alg. Konst- en letterb. II, 178 (1833); Brinkman, Naamlijst der boek-, plaat- en kaartwerken.... enz., 1833-1849 (Amst. 1858); Siegenbeek, Handelingen der jaarl. vergaderingen v.d. Mij van ned. letterk. te Leiden (1833).

Bartelds