[Frische, Joannes Jacobus]
FRISCHE (Joannes Jacobus), geb. te Thorn 5 Juni 1733, overl. aldaar 13 Juni 1789, zoon van den voorgaande, was notaris te Thorn, secretaris van Meijel, Heel en Neeritter, als secretaris van Heel nog vermeld 1763 en van Neeritter 1777, volgde zijn vader als scholtis der vrijheerlijkheid Meijel in 1759 op; ook was hij raadsheer der abdis en secretaris van het land van Thorn; in 1777 wordt hij als substituut meier van Neeritter en in 1780 als meier aldaar vermeld. Hij was 14 April 1753 te Thorn gehuwd met Jacoba van Bommel uit Breda (overl. te Thorn 20 Juli 1767) en hertrouwde aldaar 15 April 1780 Catharina Elisabeth Bettinger (geb. te Thorn 7 Juni 1756, overl. aldaar 22 Jan. 1789, dochter van Jan Joseph B., ontvanger van het kapittel van Thorn, en van Petronella Meulenbergh. Uit het eerste huwelijk o.a. een zoon: Franciscus Emmanuel Frische (geb. 31 Jan. 1764, overl. 23 Juni 1790). Deze had veel te verduren van den notaris van Thorn, Johan Mathias Dodé, die zich tot procureur en administrateur zijner erfenis liet aanstellen en deze door bedrog in handen kreeg; hierover ontstond een langdurig proces, dat 17 Sept. 1793 nog niet geeindigd was.
Zie: Doop, huwelijk- en overlijdensregisters van Thorn; Jos. Habets en A.J.A. Flament, De archieven van het kapittel der vorstelijke rijksabdij Thorn II, 163, 164, 185, 232, 283, 367; Publ. de la soc. hist. et arch. dans le duchê de Limbourg (1867), 267, 297; over zijn zoon Franciscus Emmanuel, bovenvermelde archieven, 396-397.
Verzijl