[Eggens, Renke]
EGGENS (Renke), geb. te Ulrum in Groningen, terechtgesteld te Groningen einde Dec. 1570.
Toen hij zich bij de Watergeuzen aansloot, diende hij eerst onder kapitein Adriaan Menninck, en lag soms op Nesserland. Einde Sept. 1570 nam hij deel aan een landgang der Watergeuzen bij 't Zand in Groningerland, de buit werd naar Emden gebracht en daar verdeeld. Met eenige anderen rustte hij een kleine boot uit en zeilde naar Spiekeroog, maar dat bracht niet veel buit op. In najaar 1570 werd hij in Norden aangehouden door Hans Carré, alias Hans Schotman en nam op diens scheepje dienst. In Dec. 1570 trachtten zij te vergeefs in Eenrum een huisman te berooven, waarop de Watergeuzen naar Baflo trokken. Hier liet Sycke Panser, de redger der Ommelanden, dadelijk de alarmklok luiden, en Renke Eggens viel met een paar van zijn makkers den Spanjaarden in handen.
Op 16 December 1570 werd hij in Groningen in tegenwoordigheid van Robles verhoord, en op 19 December 1570 voor de tweede maal. Kort daarop is hij gevonnist.
Zie: Franz, Ostfriesland und die Niederlande, 294; Staatsarchiv Düsseldorf, Niederrheinisch-Westfälisches Kreisarchiv X, nr. 62, Vol. II, fol. 33 volg.
Vogels