[Du, Jardin Karel]
DU JARDIN (Karel) of Dujardin, schilder, geb. vermoedelijk 1622 te Amsterdam uit Guilliam du Jardinen Jannetje Isbrants. Omstreeks 1645/50 te Rome, 1650 of 1652/55 te Amsterdam, 1656/60 te 's Gravenhage, na 1660/1674 te Amsterdam, van waar hij, met achterlating van zijn veel oudere vrouw, in 1674 weder naar Italië trok en 12 November 1678 in Venetië stierf. Volgens Houbraken leerling van van Berchem; aangaande een opvallende verwantschap met werken van Paulus Potter is nog niet opgehelderd, wie de gevende en wie de nemende was. Dujardin is een der hoofdmeesters der italianiseerende landschappen, gestoffeerd met herders, ruiters e.d. in den geest van Cl. van Berchem, met zonnige luchten als Jan Both, die hem daarin overtrof. Zijn oeuvre bevat boven de vierhonderd schilderijen, bestaande uit: Bijbelsche voorstellingen (Hofstede de Groot, no. 1-27), mythologische en allegorische voorstellingen (nos. 28-40), landschappen en eenige interieurs (nos. 41-369), portretten, hierbij een regentenstuk te Amsterdam (nos. 370-407), en verder uit 52 etsen, voorstellende italiaansche landschappen (beschreven bij Bartsch). Zijn zelfportret bevindt zich in het Rijksmuseum, een geteekend zelfportret in het Britsch museum; gegraveerde portretten door Houbraken, E. Fiquet en een onbekend kunstenaar.
Zie: E. Plietzsch in Thieme-Becker, Künstlerlex. X (1914), waar de oudere literatuur is opgegeven; Hofstede de Groot, Verzeichnis IX (1926).
Kossmann