[Dieu, Lodewijk of Ludovicus de (2)]
DIEU (Lodewijk of Ludovicus de) (2), geb. te Vlissingen 7 April 1590, overl. te Leiden 23 Dec. 1642. Zijn ouders waren Daniël de Dieu (die hier vóórgaat) en Sara Colonius. Hij studeerde te Leiden onder leiding van zijn oom Daniël Colonius (zie dl. IV, kol. 446), en reisde naar Frankrijk. Als proponent (1 Oct. 1612) werd hem reeds door prins Maurits het ambt van hofprediker aangeboden, maar hij bedankte daarvoor. Te Vlissingen deed hij dienst als hulpprediker. Hij werd predikant bij de waalsche gemeente te Middelburg in Mei 1614, van de hollandsche gemeente te Vlissingen in Aug. 1617, te Leiden in Nov. 1619. Hier werd hij naast zijn oom regent van het waalsch college, en na diens dood (19 Dec. 1635) zijn opvolger. De eervolle benoeming (in 1636) tot hoogleeraar in de godgeleerdheid en de oostersche talen aan de pas gestichte academie te Utrecht heeft hij afgewezen. De Dieu kan genoemd worden vertegenwoordiger der echte hermeneutiek, waartoe hem zijn meesterschap in de kennis der semietische en grieksche talen in staat stelde. De lijkrede op hem van J. Polyander à Kerkhoven is als Oratio funebris geplaatst vóór de hier na te noemen Critica Sacra, gedrukt in 1693 (zie C. Sepp, Drie Evangeliedienaren [Leid. 1879], 31, aant. 3). Ook Abraham van der Heyden (zie dl. VII, kol. 587 v.) hield een lijkrede op hem (vgl. de Bie en Loosjes, a.w. IV, 3, aant. 1 en Catalogus der Bibl. v.d. Maatsch. d. Ned. Letterkunde I, kol. 565). Hij was gehuwd met Cathalijntje (Katharina) Bogaert, dochter van H. Bogaert, schepen en raad te
Vlissingen. Zijn zoon Daniël de Dieu was geneesheer te Leiden en te Amsterdam; zijn zoon Lodewijk de Dieu was predikant te Woubrugge (1648-64). Hij schreef vele geleerde werken (elders genoemd) o.a.: Critica Sacra.... (Amst. 1693) en Aphorismi Theologici (Traj. 1693), en een verder onbekende lijkrede op P. Colonius, zijn grootvader.
Zijn portret door P. Dubordieu bevindt zich in het Kestner-museum te Hannover en is gegraveerd door J.:: Suyderhoef; voorts gegraveerde portretten door A. van Zijlvelt en een onbekend kunstenaar.
Zie: van Langeraad en de Bie, Biogr. Woordenboek van Protest. Godgel. in Ned. II, 496-501; Arch. voor Ned. Kerkgesch. VII (1899), 68, aant. 4, 444; A.C. Duker, Gisb. Voetius II (Leid. 1910), 7, aant. 2, 226.
Knipscheer