[Dezius,Zacharias]
DEZIUS(Zacharias), geb. te Colberg (Pommeren) in 1678, overl. te Greifswald in 1725. Als evg.- luth. proponent bezocht hij in 1706 Amsterdam, toen een 300 à 400 leden van de luthersche gemeente aldaar hem verzochten te preeken voor een schare die zich verzamelde in de herberg ‘De Helm’. Dit werd hem echter door de overheid spoedig verboden. In 1707 werd hij predikant te Amersfoort, in Jan. 1711 (?) te Rotterdam. In Juli 1721 vertrok hij naar zijn geboorteplaats. Spoedig daarop werd hij hoogleeraar te Greifswald.
Zijn vrouw was Anna Regina Kruger, geb. te Colberg. Zijn zoon Jan Daniël, geb. te Amersfoort, was luthersch predikant te Purmerend (1737), te Alkmaar (1738); vertrokken naar Nieuw-Guinea Febr. 1739, waar hij stierf.
Zach. D. gaf uit: De tweevoudige toehoorders des H. Evangeliums (Rott. 1710), een leerrede; Concordia.... (Rott. 1715); Groote Jubelvreugde.... (Rott. 1717); De gezuiverde wijnberg.... (Rott. 1717); Vraeg-Bijbel.... (Rott. 1719); Afscheitskus.... (Rott. 1721). Voorts vertaalde hij werken van Joh. Arndts: Alle de geestrijke boeken van het Ware Christendom (Rott. 1713; 2de dr. Amst. 1721; herdr. Amst. 1736; verm. Amst. 1747) en: Schoone en leerrijke predikatien van de tien Egyptische gruwzame en schrikkelijke plagen (Rott. 1713; 2de dr. 1736). Ook vertaalde hij van Gerhardi: Morgenster, en bewerkte hij een nieuwe uitgave van J. van Hoppe: Onderrigting voor het Avondmaal.
Zijn portret is geteekend en gegraveerd door H. Nagtegaal.
Zie: van Langeraad en de Bie, Biogr. Woordenb. van Protest. Godgel. in Ned. II, 466-469; J. Loosjes, Naamlijst van Predikanten.... der Luth. Kerk ('s Gravenh. 1925), 60 v.
Knipscheer