[Casembroot, Jacob de]
CASEMBROOT (Jacob de), geb. te Brugge 5 Januari 1543, overl. na 1578 te Amsterdam, broeder van Leonard (dl. VII, kol. 283) en zoon van Leonard en van Godelieve Brest.
Hij was schepen en thesaurier van Brugge en commies-generaal van Vlaanderen en schijnt pas in later jaren met zijn naaste verwanten naar Holland te zijn uitgeweken. Na den overgang van Amsterdam tot de staatsche zijde heeft hij zich daar metterwoon gevestigd, maar zijn latere levensloop is ons onbekend. Hij huwde tweemaal. Eerst met Anthonia Wynckelman, dochter van Bernard Reiniersz., raadsheer te Brugge en van Antonia Pringheel Jansdr. Daarna met Barbara Dominicle. Van de acht kinderen uit het eerste huwelijk volgt Reinier; van de negen kinderen uit het tweede huwelijk lieten alleen Pieter en Leonard kinderen na. Deze beiden waren solliciteur te 's Gravenhage. Pieter huwde in 1618 met Soetje van Rottermond; Leonard eerst in 1632 met Geertruid Schouten, weduwe van den bekenden griffier Paulus de Jong en daarna in 1643 met Gerardine de Sille.