[Brussel, Joannes Theodorus van]
BRUSSEL (Joannes Theodorus van), Hagenaar van geboorte, werd in Febr. 1830 tot priester gewijd. Volgens van Banning was hij: theologus sat bonus sed amore proprio captus, sibi sapit. Hij was kapelaan te Wateringen in 1830, te Nes en Swaluwenbuurt in 1830, te Buitenveldert van 1830 tot 1832, sinds 23 Juni 1832 wegens ziekte buiten bediening, van 27 Oct. 1832 tot 25 April 1833 kapelaan te Leiden aan S. Lodewijk, tot 7 Maart 1834 rector collegii in Katwijk, tot 25 Maart 1834 kapelaan te Zwaag, tot 15 Aug. 1836 kap. aan het Begijnhof te Amsterdam, tot 1842 pastoor van het Jongensweeshuis te Amsterdam, tot 1843 pastoor te Velzen, sinds 1843 pastoor en in 1854 deken van S. Hippolytus te Delft; werd emeritus in 1868 en stierf 6 Dec. 1871, bijna 66 jaar oud.
De Vice-superior Ferrieri noemt hem: un curé très zèlé, excellent prédicateur, très ré et pieux, se présentant très bien mais d'un caractère un peu difficile.
Zie: Bijdr. v.H.: XXVIII, 253-254; Bissch. Oud- Archief te Haarlem.
van der Loos