[Bohlen, geslacht]
BOHLEN (geslacht). Reeds in 1499 werden in het oude oostfriesche Skiptorpe, thans Schiffdorf, leden van dit geslacht genoemd, dat vroeger Bolen schreef. In de 17e eeuw leefde er een Johannis Bohlen, die drie zonen had Hendrik, Mathijs en Johannis. Beide laatsten trokken omstreeks 1660 naar Amsterdam, waar zij het poorterrecht verwierven en zich Boelen noemden. Mathijs werd de stamvader van dezen thans nog in de hoofdstad levenden tak. Een eeuw later volgde een Bohl Bohlen, die volgt, het voorbeeld van zijn oud-ooms door eveneens zijn geboorteland te verlaten en te trachten in Holland zijn fortuin te maken. Uit het huwelijk van een van Bohl's dochters met Arnold Halbach sproot een zoon, die zich noemde Gustav Georg Friedrich von Bohlen und Halbach. Hij huwde met Sophie Bohlen, dochter van William Henry Charles, die volgt, wien een zoon geboren werd Gustav Georg Friedrich Marie Krupp von B.u.H., gehuwd met Bertha Krupp. Deze werd het hoofd der bekende ijzerfirma Krupp te Essen.
Zie: Boelen, De Oost-Friesche familie Bolen te Amsterdam in Amstelodamum, jaarboek 1927.
Bartelds