[Bloys van Treslong, Cornelis Johannes (1)]
BLOYS VAN TRESLONG (Cornelis Johannes) (1), geb. te Oudenbosch 17 Mei 1723, ged. ald. 23 Mei, overl. te 's Gravenhage 10 April 1797, begr. Kloosterkerk 11 April, zoon van Cornelis Blois (zonder meer) en van Geertruid van der Straten.
Hij was substituut, drossaard, stadhouder en thesaurier, daarna burgemeester van Steenbergen. In 1768 kocht hij Oud-Clingendaal met landerijen, liet daar het huis bouwen en ging te Wassenaar wonen. In 1791 gaf hij uit: Verzameling stukken over de jacht (Amsterdam). In dl. II van de Verhandelingen van het Bataafsch genootschap van proefonderv. wijsbegeerte te Rotterdam vindt men op blz. 79-91: Beschrijving van een nieuwe uitgedagte en beproefde hooyegge, waardoor men het hooy veel spoediger, met zeer weinig kosten en veel beter droog maken kan dan op de gewone wijze, en waardoor het voor het vee, zoo paarden, rundvee als schapen, veel voedzamer en gezonder is, door C. Blois van Treslong, met uitslaande kopergravure.
Hij huwde eerst te Steenbergen 13 April 1747 met Willemina de Weert, ged. ald. 3 Juli 1716 en overl. 10 Mei 1754, dochter van Johannes en van Janneke van Hoeck, en wed. van Jacobus v. Pelt. Daarna hertrouwde hij te Amsterdam 9 Maart 1755 met Johanna Isabella Calkoen, ged. te Amst. 26 Oct. 1733, overl. op Oud-Clingendaal te Wassenaar 12 Juni 1820, dochter van Jacob en van Arnoudina Bastingius. Uit het tweede huwelijk sproten o.a.: jhr. Jacob Arnout Bastingius B.v.T., jhr. Cornelis Ysaac en jhr. Willem Otto, die allen volgen. Een dochter Cornelia Geertruida huwde Cornelis Johan B.v.T. (2), die mede volgt.
Zie: Geneal. Bl. v. Tr. in Gen. Her. Bladen I, 306; Nederl. Adelsboek (1912), 241.
Regt