[Vreem, Anthonie]
VREEM (Anthonie), Vrem of Vremt, ged. 26 Mei 1656 te Dordrecht, overl. aldaar 1681 was de zoon van Samuel Anthonisz. Vremt en Pieternella Reiniers dr. van Wessem. Zijn vader wordt nu eens schilder, dan weer grofschilder genoemd. Anthonie kwam in de leer bij Godfried Schalcken, die toenmaals nog te Dordrecht bij zijn vader in de latijnsche school (waar hij rector was) woonde. Maar de jongeling, die onder opzicht van Schalcken goed gevorderd was, en het ondernam op eigen wieken te drijven, werd door den dood in het jaar 1681 weggerukt. Houbraken schreef een lijkdicht op Vreem. Er is weinig werk van hem bekend. Op de tentoonstelling van Pictura te Dordrecht in 1924 was een schilderijtje gemerkt 1679, terwijl het gemeentearchief aldaar een teekening in zwart krijt bezit, waarschijnlijk een zelfportret, gemerkt Ant. Vreem fect.
Zie: Houbraken, III, 384; Archiefaanteekeningen.
van Dalen