[Vlaming van Outshoorn, Cornelis de (1)]
VLAMING VAN OUTSHOORN (Cornelis de) (1), Cornelis Cornelisz alias Jansz. Vlaminck, òf Cornelis Jansz. de Jonghe, òf Cornelis Jonge Vlaminck, ôf Cornelis Vlaminck, geb. te Amsterdam 15 Juli 1491, overl. kort vóór Juni 1535, zoon van Cornelis en van Alydt Gijsbertsdr. van Diemen. Hij was graanhandelaar in de Warmoesstraat, tusschen de Oudebrugsteeg en de Papenbrugsteeg ‘in de Craen’. Schepen van Amsterdam in 1525, raad in 1526.
Hij was heimelijk de gevoelens der Wederdoopers toegedaan, had zich laten doopen, doch, om ongemoeid te blijven, in Mei 1534 de roomsche geestelijkheid om een getuigschrift als goed Katholiek verzocht. Later verklaarde hij tegenover zijn geloofsgenoot Pauw daarover berouw te hebben. Bij de gevangenneming van den laatstgenoemde lekte de zaak uit en Corn. de V. die in 1534 buiten de stad was gaan wonen, werd kort vóór Juni 1535 te Broek ‘om de mennesterije onthooft’.
In 1513 was hij gehuwd met Tiet Jan Evertsdr., in oude genealogieën aangeduid als ‘Tiet baronesse van Scherpenseel’. (Haar zuster Ael was drostinne van Scherpenseel). Zij was de dochter van Jan Evertsz., zeepzieder in de Warmoesstraat te Amst., en van Trijn Olfertsdr. Zij won bij C.d.V. verscheidene kinderen en hertrouwde in 1536 met Claes Hendriksz. Bas.
Zie: Elias, Vroedsch. van Amsterdam I, 226.
Regt