[Scade, Jan]
SCADE (Jan) of Schade van Lochum, proost van het kapittel der St. Pieterskerk te Utrecht, komt voor als procurator van den hertog van Bourgondië aan het pauselijk hof. Hij verrichtte ook voor anderen, zooals voor den abt van Clairmarais, O. Cist., St. Bertin, O.S.B., Ninove, O. Praem., St. Amand, O.S.B., St. Pieter te Gent, Villers, O. Cist., Averbode, O.Pr. en nog andere nederlandsche abten verschillende borgstellingen en betalingen aan het pauselijke hof, 1438-1450. 18 Sept. 1451 verplichtte hij, procurator van den hertog van Bourgondië, zich om de verschuldigde bedragen te betalen bij de benoeming van David van Bourgondië tot bisschop van Therouane.
20 Mei 1438 was hij rector der parochie Sweveghem, bisdom Doornik. Paus Eugenius IV voorzag meester Jan Scade van een prebende met kanunnikdij in St. Servaas te Maastricht; hij kwam echter niet in bezit, ofschoon hij reeds de verplichte ‘annates’ betaald had. Opnieuw werd hij voorzien, toen een kanunnikdij in St. Servaas open was, 25 Oct. 1434, en vrijgesteld van betaling. 7 Januari 1446 wordt hij kanunnik van den Dom te Utrecht. Hij was reeds kanunnik van St. Jan aldaar. 1449 werd hij proost van St. Pieter te Utrecht, echter niet zonder tegenstand, want reeds was, 6 Sept. 1449, Hendrik Rover de Winser in bezit gesteld der proosdij. Deze moest echter wijken voor Mr. J. Scade en zijne beschermers.
26 Dec. 1450 stelde de deken van Reims, collector, Joannes Scade, raadsheer van den hertog van Bourgondië en proost van St. Pieter, aan als een