Gheel tot pastoor van St. Amands aldaar en, benoemd door den vicaris van 's Hertogenbosch, 1669, deed hij voor notaris en getuigen afstand van de parochie, die hij met veel ijver en zelfopoffering had bediend. Hij bleef echter wegens verschil over het begevingsrecht tot 1673. Hij bouwde te Gheel het huis, genaamd Roozendaal, waar hij en ook de volgende pastoors van St. Amands te Gheel woonden tot 1736. Hij was ook pronotarius-apostolicus. In een der vensters in den gevel van het Gasthuis te Gheel, waarop Salomons rechtspraak is afgebeeld, ziet men zijn wapenschild. Hij stichtte bij testament van 1669 in de St. Amandskerk een beneficie ter eere van den H. Carolus Borromaeus en werd in het koor van den H. Carolus begraven. Zijn grafzerk is geschonden door het invallen des gewelfs, 1800, en nog slechts gedeeltelijk leesbaar.
Zie: Kuyl, Gheel vermaard, 92, 123, 297, 298, 330.
Fruytier