maker, door de Zweden uit zijn abdij te Paderborn verdreven, die dit heldenwerk aandurfde. Hij nam zijn intrek bij van Nes, die hem opnam ondanks het gevaar der besmetting. Toen de pest ophield, nam de gemeente den pater aan om zijn trouwe diensten, ofschoon hij wegens zijn duitschen tongval en ongunstige voordracht weinig beviel. 25 Dec. 1639 werd pater Godefridus door de dienders gegrepen en in de gevangenis geworpen tot men hem vrijkocht voor 800 gulden, meest betaald door Gasp. van Nes. Hij werd vrijgelaten op voorwaarde niet meer in het huis van van Nes te verblijven. Van Wachtelaar, de aartspriester, had intusschen in zijn plaats een seculier priester, Woesthof, gezonden, die in Woerden bleef, doch een jaar later, na ergernis en schande, vertrok. Pater Godefridus bleef trouw op zijn post, 14 à 15 jaar, tot zijn dood 10 Aug. 1649. Bat. Sacra zegt verkeerd 1640 en verwart geheel de opvolging der priesters te Woerden. Het Necrol. Haarlem. noemt hem Saelmaejer. doch vermeldt het jaartal 1649 (De Katholiek 1871, II, 336).
Zie: Archief aartsbisdom Utrecht I, 421, 437, X, 197, XII, 212.
Fruytier