[Poelgeest, Gerrit van (5)]
POELGEEST (Gerrit van) (5), geb. omstr. 1420, overl. te Leiden in 1476, zoon van Jan (broeder van Alijd, dl. V, kol. 522) en van N. van der Woude.
Hij had een broeder Jan v.P., die als pastoor te Hillegom in hoogen ouderdom in 1500 overleed. Gerrit (5), die tevoren als kapelaan bij zijn neef Jacob van Poelgeest (kol. 1000), 31 en abt van Egmond fungeerde, werd na diens dood, 1464, in diens plaats tot abt verkozen. Hij geraakte met den heer van Egmond en het kapittel der kanunniken van Egmond op den Hoef, wegens de inlijving der parochiekerk in de abdij, in hevige geschillen, die echter geheel te zijnen voordeele beslist werden. Ook verkreeg hij, door een pauselijke bul, de vereeniging der parochiekerken van Alkmaar, Heiloo, Noordwijk en Voorhout met zijn abdij, benevens verscheidene aflaten. Hij deed een prachtig oxaal voor het choor maken, waarin de geschilderde afbeeldingen van alle hollandsche graven hingen, beleende 26 April 1465 Wouter van Bekesteyn met 13½ made lands in den ban van ter Leede in de Waard en kocht eenige veenlanden te Besoyen in Brabant.
Hij was de 32e abt van Egmond, overleed in 1476 in de stad Leiden en werd in de abdij van E. begraven.
Zie Rademaker's Kabinet (1792) I, 355, 356; Bijdr. voor Vad. Gesch. en Oudh. IVe R., VII, 389-404.
Regt