werd een tijdperk van vrede en onderlinge liefde in het klooster. Langzamerhand kon zij de schulden delgen en de gebouwen herstellen; 1680 begon zij de restauratie der 60 meter lange en prachtige abdijkerk. Zelf schilderde zij verschillende schilderijen uit het leven van O. Lieve Vrouwe voor de kapel, aan Maria toegewijd, welke zij nieuw herbouwd had. Voor de omliggende parochiekerken, voor andere kloosters, vervaardigde zij vele schilderijen, die zij schonk ter versiering. Bij de verbetering van den financieelen toestand der abdij vermeerderden ook hare aalmoezen voor de armen en noodlijdenden, die zij ruimschoots bedacht en verzorgde in het jaar 1693, een winter van hongersnood en ellende.
Louise Marie schijnt geheel het voorbeeld gevolgd te hebben van hare oud-tante Charlotte Flandrina van Nassau, wier levensbeschrijving 1653 was gedrukt (zie dl. I, kol. 594). Weinig is bekend van hare verdere familierelaties. Voor hare zuster Sophie van Hannover schilderde zij nog een stuk, toen zij 77 jaar oud was. Van haar vernam zij bij een bezoek in Maubuisson de plannen der Lutheranen, Molanus, Leibnitz en Spinola voor de hereeniging met Rome. Zij stelde alles in het werk om hen in relatie te brengen met Bossuet, waarvoor haar Paus Alexander VIII bedankte in een brief.
De hertog de Saint Simon prijst op buitengewone wijze Louise Hollandine als kloosterlinge (zie Mémoires complets et authentiques du duc de Saint-Simon (Paris 1862, IV, 300-301). Hij, als vurige vereerder der Jansenisten, stelt haar verkeerd voor als kloosterlinge van Port-Royal, gezonden naar Maubuisson als hervormster. Hij geeft verkeerde data. De abdis Louise integendeel toonde en verklaarde, dat zij geen andere partij kende dan te gehoorzamen aan de wetten der katholieke kerk. De invloed van Port-Royal in Maubuisson was er vóór het eigenlijk tijdperk van het Jansenisme 1618-1644.
Maubuisson werd verkocht en afgebroken tijdens de Fransche revolutie. Schildersezel, palet en penseelen, bewaard door de kloosterlingen als gedachtenis aan hare geliefde abdis, werden zelfs publiek geveild, evenals vele harer schilderijen, waarvan nog slechts enkele gespaard zijn gebleven. Een ‘justitia’ in de zaal der Eerste Kamer te Parijs ging te loor bij de brandstichting der revolutionnairen, 23 Mei 1871. In de parochiekerk St. Ouen-l'Aumône bij Maubuisson heeft men eene ‘verrijzenis’ en te Breançon eene ‘hemelvaart’, geschilderd en geteekend door de abdis in 1695.
De abdis bleef kras en gezond zonder gebreken tot haar 80ste jaar steeds ijverig in de weer, altijd werkzaam, nooit in rust. Dan kwam een wreede ziekte haar zes jaren lang beproeven. Zij leed met voorbeeldig geduld tot haren dood 11 Febr. 1709. Mgr. Maboul hield hare lijkrede. Hare bedroefde kloosterlingen deden eene korte beschrijving uitgeven van haar deugdzaam leven en een eenvoudig grafmonument oprichten met opschrift, dat de revolutie in 1791 vernielde.
Zie: Mémoire sur la vie et les vertus de feue Mme la princesse électorale Louise Hollandine, palatine de Bavière, vingt-quatrième abbesse de Maubuisson, par les religieuses de cette abbaye (Paris 1709); Oraison funèbre de Louise Hollandine, palatine de Bavière, prononcée dans l'église de l'abbaye royale de Maubuisson, le 22 Août 1709 par messire Jacques Marboul évêque d' Aleth (Paris Simart; herdrukt Paris, bij denzelfden en Montpellier chez Martel 1712); A. Dutilleux et J. Depoin, L' Abbaye de Maubuisson Notre Dame la Royale. Histoire et Cartulaire (Pontoisse 1882-