Augustins, Begards, Croisiers, Cellites, Jésuites, Capucins); Communautés religieuses de femmes (St. André, le ‘Beyard’, le ‘Nieuwenhof’, St. ‘Catharinendal’, les Annonciades à Wijk, ‘le Mont Calvaire’, les Sépulchrines, les Soeurs Grosses, les Pénitentes).
In het Jaarboek van het Hertogdom Limburg, door hetzelfde genootschap uitgegeven 1846, 1850, 1851 schreef hij, eveneens in de fransche taal: Not. monumentale et hist. sur la ville de M. a) Souveraineté b) Gouvernement intérieur c) Monuments d) Ancienne maison de ville et dépendances; Not. mon. et hist. sur la ville de M. a) Nouvel hôtel-de-ville b) La bibliothèque publique; Not. mon. et hist. etc. a) Hôtel des Etats b) Hôtel du Gouvernement c) Hôtel du commandement; Sur l'état de la ville durant le dix-septième siècle. Verder liet hij een handschrift na (ber. op de gemeentebibliotheek te Maastricht) over St. Servaaskerk, in het bijzonder over het graf van St. Servaas, de krochten en relieken, alsmede over andere maastrichtsche oudheden, door hem en voor een klein deel door zijn voorn. oom Matthias, oudraadpensionaris van luiksche zijde, te Maastricht geschreven. Zie mijne uitvoerige inhoudsbeschr. in mijn Catal. der stadsbibl. van Maastricht II, 867-872.
Zie: mijn voorn. Cat. dl. I, 565 v. en zijn leven door Arn. Schaepkens in jaarg. 1858 van den Messager des sciences hist. des arts et de la Bibliographie de Belgique (Gand 1858), 272.
Flament