huis gekozen. Onder zijn rectoraat bloeide het Fraterhuis zeer. Met tal van bekende personen correspondeerde hij of kwam hij in aanraking. O.a. met Erasmus, Martinus Dorpius, Willem Frederiks, Listrius, Aggeus, Ferreus en Melanchton. Belangrijk was vooral zijn briefwisseling met Melanchton. Jongere vrienden van van Halen waren Albertus Hardenberg en Regnerus Praedinius. Zijn geestesrichting was ‘Bijbelsch-Humanistisch’. Van Halen schreef o.a. een leven van Agricola. In 1530 is hij overleden. Geschriften van Gansfort, die hij bezat, kwamen in eigendom van zijn neef Johannes van Halen, destijds abt van het Clarissenconvent te Groningen.
De nieuwste gegevens over van Halen bij: M. van Rhijn, Goswinus van Halen in Archief voor Kerkgeschiedenis, 1924, blz. 1-25.
van Rhijn