de monniken echter van deze bezetting tal van kwellingen te verduren hadden, moesten zij hun chartreuse verlaten. 15 Jan. 1579 vonden zij te Utrecht een onderkomen ten huize van Cornelis van Mierop. Het volgende jaar eischte het stadsbestuur, dat zij hun klooster zouden afbreken en op hun weigering liet de magistraat het vernielingswerk zelf verrichten, terwijl de kartuizers genoodzaakt waren om uit te wijken. Het generaal kapittel der Grande Chartreuse droeg hen in 1583 op om zich te vervoegen bij den visitator van de Rijnprovincie, die zorg zou dragen, dat zij gastvrij werden opgenomen in de kloosters van zijn ressort. Commaker heeft niet minder dan 67 jaren in de strenge orde van S. Bruno geleefd.
Zie: le Vasseur, Ephemerides Ord. Cartus. I (Monstrolii 1890), 137; v. H[eussen] env. R[hijn], Hist. ofte Beschrijving van 't Utrechtsche Bisdom I (Leiden 1719), 651; Maisons de l'Ordre des Chartreux II (Parkminster 1915), 57-61.
Scholtens